Als jonge moeder kan een keizersnede een levensreddende ingreep zijn. Maar helaas ervaren veel vrouwen na de operatie klachten zoals buikpijn, bloedverlies en vruchtbaarheidsproblemen. Gelukkig hebben onderzoekers van Amsterdam UMC deze klachten nu een naam gegeven: Cesarean Scar Disorder (CSDi). Dit betekent dat vrouwen met deze klachten nu erkenning krijgen en beter geholpen kunnen worden.
Wat is CSDi?
Cesarean Scar Disorder (CSDi) is een aandoening waarbij vrouwen klachten ervaren door een afwijkend litteken in hun baarmoeder. Dit kan ontstaan na een keizersnede en zorgt ervoor dat vrouwen last krijgen van bijvoorbeeld buikpijn, bloedverlies of vruchtbaarheidsproblemen.
Erkenning en onderzoek
Meer dan 30.000 vrouwen in Nederland ondergaan jaarlijks een keizersnede en bij bijna 18.000 van hen ontstaat daarna een niche, oftewel een uitpuilend litteken in de baarmoeder. Ongeveer 10.000 vrouwen krijgen hierdoor klachten. Amsterdam UMC en andere expertisecentra verrichten onderzoek naar deze aandoening. Dankzij het onderzoek van Amsterdam UMC is er nu een algemeen geldende definitie voor CSDi. Hierdoor kunnen vrouwen een duidelijke diagnose krijgen en kan er beter gezocht worden naar een goede behandeling.
Geïnformeerd besluiten nemen
Het is belangrijk dat vrouwen geïnformeerd worden over de mogelijke complicaties die na een keizersnede kunnen ontstaan. Een keizersnede kan namelijk veel effect hebben op de kwaliteit van iemands leven op de lange termijn. Vrouwen kunnen deze informatie meenemen bij eventuele besluitvorming rondom een keizersnee. Ook kunnen ze klachten nu sneller herkennen en daarmee sneller hulp zoeken als dat nodig is.
Conclusie
Cesarean Scar Disorder is een aandoening waar veel vrouwen last van hebben na een keizersnede. Het goede nieuws is dat er nu erkenning is voor deze klachten en dat er meer onderzoek naar wordt gedaan. Vrouwen kunnen nu een duidelijke diagnose krijgen en beter geholpen worden. Het is belangrijk dat vrouwen geïnformeerd worden over de mogelijke complicaties zodat ze geïnformeerde besluiten kunnen nemen.
Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift JAMA Network Open