Begin altijd met één soort groente of fruit tegelijk, geef dat een paar dagen achter elkaar. Als je baby hier goed op reageert, dan kun je verder met een nieuwe soort. Alles wat je baby geproefd heeft en goed is gegaan kun je ook onderling gaan mengen.
Begin met smaken die niet te zuur of te bitter zijn. Kies voor fruit bijvoorbeeld: Banaan, peer, perzik, meloen of nectarine. En voor groente: Worteltjes, bloemkool, courgette, broccoli of boontjes.
Om bijvoorbeeld een fruithapje in te dikken kun je er baby biscuit doorheen kruimelen. Ook Johannesbroodpitmeel en rijstebloem kun je gebruiken om je hapje minder dun te maken.
Je kan eigenlijk alles invriezen. Hapjes met banaan en avocado kunnen wat bruin verkleuren, maar dat doet niks af aan de smaak. Je kunt tegen het verkleuren eventueel wat citroensap toevoegen.